Ik weet een heerlijk plekje grond
Daar waar die molen staat
Waar ik mijn allerliefste vond
Waarvoor mij 't harte slaat
Ik sprak haar voor de eerste keer
Aan d'oever van den vliet
En sinds die tijd kom ik daar meer
Die plek vergeet ik niet.
Daar bij die molen
Die mooie molen
Daar woont het meisje
Waar ik zooveel van hou
Daar bij die molen
Die mooie molen
Daar wil ik wonen
Als zij eens wordt mijn vrouw
Als in den stillen avondstond
De zon ten onder ging
En ik haar bij den molen vond
In zoete mijmering
Fluisterde zij mij in het oor
O! heerlijk sâam te zijn
De molen draaide lustig door
En ik zei... liefste mijn
Daar bij die molen...
Ik zie den molen al versierd,
Ter eer van 't jonge paar,
Het heele dorp dat juicht en tiert:
Zij leve menig jaar!
En zie ik trotsch den molen staan
Dan zweer ik in dien stond
Nooit ga ik van die plek vandaan
Waar ik mijn vrouwtje vond
Daar bij die molen...
Met dank aan Corrie van Rijn en Richard Brandon, die mij allebei deze tekst hebben gestuurd.