Allen die willen naar Island gaan

Melodie

Allen die willen naar Island gaan
Om kabeljauw te vangen
En te vissen met verlangen
Naar Iseland, naar Iseland, naar Island toe,
Tot drieëndertig reizen zijn zij nog niet moe.

Komt ons de tijd van de fooie aan,
Wij dansen met behagen
En wij weten van gaan klagen
Maar komt de tijd, maar komt de tijd naar zee te gaan
Dan is er wel ons hart van zorgen zwaar belaân.

Als er de wind van het Noorden waait
Wij gaan naar de herberge
En wij drinken zonder erge
Wij drinken daar, wij drinken daar op ons gemak
Totdat de leste stuiver is uit onze zak.

Als er de wind van het oosten waait
De schipper blij van herte
Zegt: Die wind die speelt ons perten:
't Zal beter zijn, 't zal beter zijn, 't zal beter zijn
Te lopen voor de wind recht het Kanaal maar in.

Langs de Lezaars, de Schorels voorbij
Vandaar al naar kaap Claire,
Die niet weet hij zal wel leren
Toen komt erbij, toen komt erbij ons stureman
En hij geeft ons de koerse recht naar Iseland.

Wij lopen het eiland Rokol voorbij
Al naar de Vogelscharen,
Dat kan ieder openbaren
En dan vandaar, en dan vandaar naar Bredefjord
En daar dan smijten wij de kollen buiten bord.

Eind'lijk dan komen w' op Island aan
Om kabeljauw te vangen
En te vissen met verlangen
Naar Iseland, naar Iseland, naar Island toe,
Tot drieëndertig reizen zijn wij nog niet moe.

http://www.graphicgarden.com/